Het ‘onderwerp’ van Herman Asselberghs’ Dear Steve is de trouwe voetsoldaat van de hedendaagse cultuurindustrie: de laptop. Bijna elk van ons heeft er één, en zijn relatieve onzichtbaarheid binnen het veld der culturele productie - hoe vaak krijgen we laptops te zien, in tentoonstellingen, in films, als kunstwerken? - staat in schril contrast met de onmisbaarheid van de mobiele ‘personal computer’ in de globale cultuureconomie anno 2010. Haast de hele huidige tentoonstelling, om maar het meest voor de hand liggende voorbeeld te noemen, was zo goed als onmogelijk geweest zonder deze baanbrekende uitvinding.

Beste Steve is echter niet zomaar een lyrisch portret van dit prozaïsche icoon van wat Luc Boltanski en Eve Chiapello als ‘the new Spirit of Capitalism’ hebben gekarakteriseerd. Wat we te zien krijgen is de routineuze en onverbiddelijke ontmanteling van een MacBook Pro: een letterlijk binnenste buiten keren van een ‘work station’ dat precies door dit proces - en alle triomfalistische retoriek van ‘immateriële arbeid’ ten spijt - aan zijn onherleidbare materialiteit wordt herinnerd.

(Dieter Roelstraete)